Dante op weg naar de witte roos…(7)
Na zijn tocht door het politiek getinte “Inferno”, het persoonlijke “Purgatorio” reist Dante gaandeweg naar het Paradiso, het paradijs. Daarvoor is het lichaam van Dante tijdelijk ijl gemaakt. Zó stijgt hij tesamen met zijn geliefde Beatrice ten hemel. Het paradijs staat geheel los van het aardse, de sferen hebben geen concrete structuur. Alles is spiritueel, etherisch, vol licht, beweging en zachte geluiden.
Het Paradiso bestaat allereerst uit de 7 kringen van de planeten. De zielen worden gerangschikt volgens hun deugden. In de kring van de maan ontmoet Dante die zielen die hun gelofte niet konden houden. In de sfeer van Mercurius treft hij de ambitieuzen, waaronder keizer Justinianus. In de sfeer van Venus huizen de geliefden waar Karel Martel uitgebreid met Dante spreekt. De wijzen en geleerden vindt Dante in de sfeer van de zon, waar Thomas van Aquino ondermeer spreekt. In de sfeer van Mars, genoemd naar de god van de oorlog, spreekt Dante met de strijders voor het geloof. Hier komt betovergrootvader Cacciaguida aan het woord, die de verbanning van Dante uit de stad Florence voorspelt. In de kring van Jupiter verblijven de rechtvaardige heersers. Een mooie gelegenheid voor Dante om de heersers waar hij een afkeer voor voelde nog even de revue te laten passeren. In de sfeer van Saturnus verschijnt Benedictus aan Dante die hem de “ladder van contemplatie” toont waarlangs Dante nog hoger kan stijgen.
Na de planeten wordt Dante in de sfeer van de vaste sterren opgewacht door de apostelen Petrus, Jakobus en Johannes die hem ondervragen. Ook ontmoet Dante hier Adam. Opmerkelijk is dat uit dit gesprek blijkt dat Adam in 1300 precies 6498 jaar oud was.
In het “primum mobile”, die zorgt voor de ronddraaiende beweging van alle sferen ziet Dante negen engelenkoren. Deze koren zijn hiërarchisch ingedeeld, waarbij de Serafijnen, Cherubijnen en Tronen de hoogste orde vormen.
Tenslotte bereikt Dante het “Empireo”, waar zich God en de zielen van de deugdzamen zich bevinden. Zij zitten in een soort van amfitheater in de vorm van een roos. Daar ziet Dante Maria, Jezus en natuurlijk God zelf.
Op zijn reis die begon in een diepe crisis leert Dante in de Hel inzien wat het kwade inhoudt, hij doorloopt op de Louteringsberg zijn eigen “reiniging” en kan hij zich ontdoen van zijn aardse verlangens. Tenslotte slaagt hij erin zich te richten op het onsterfelijke in zijn ziel om tenslotte het hoogste geluk van de goddelijke waarheid te bereiken.
Ook wíj hebben de reis door hel, vagevuur en paradijs volbracht. In een volgend artikel vertel ik jullie over de invloed die de Divina Commedia op de kunst heeft gehad én welke vertalingen voor jullie interessant zijn.
0 Comments